Ervaringen van een beleidsmedewerker
Tien vragen over successen en hobbels
Heleentje Swart is beleidsmedewerker bij Nordwin College. Deze school nam met meerdere locaties deel aan de Campagne Leersucces. Wat kunnen we van haar ervaring leren?
1. Welke rol speelt taal in jullie VM2-trajecten?
Wij zien taal niet als een zaak die alleen bij de docent Nederlands ligt. Om leerlingen op niveau te brengen moeten alle docenten bewust zijn van de rol die taal binnen hun vak speelt en met elkaar afstemmen hoe ze het taalonderwijs vorm willen geven.
2. Hoe werken docenten aan een doorlopende leerlijn taal?
Afstemmen van taalonderwijs en het creëren van een taalrijke schoolomgeving doen we in eerste instantie met de voortrekkers taal van de verschillende locaties. Die hebben we voor het VMBO, voor MBO1&2 en voor MBO3&4.
Daarnaast hebben we in het afgelopen traject met het ITTA gewerkt aan taal in de breedte binnen de locatie. Door mensen bewust te maken dat taal van iedereen is en door mensen te scholen op de verschillende taaldomeinen.
3. Welke rol spelen de referentieniveaus taal in jullie onderwijsprogramma?
Binnen de onderbouw van het VM2 (dus klas 3 en klas 4 van het VMBO –BL) werken we toe naar 2F: Leerlingen doen een examen VMBO halverwege hun VM2-traject. In de bovenbouw (klas 1 en 2 van MBO1&2) werken we aan het onderhouden van hun taalvaardigheid op 2F-niveau.
4. Hoe verloopt de samenwerking tussen vak- en taaldocenten?
Dit is heel verschillend per locatie. Op twee locaties is dit stroef blijven verlopen. Op andere locaties raakte men enthousiast. Met name door de opbouw van kennis over het belang van taal is de samenwerking tussen vakdocenten en taaldocenten daar goed verlopen.
5. Hoe wordt dit vanuit het management gestimuleerd?
Op initiatief van de teamleider uit Sneek hebben bij de start van Campagne Leersucces de teamleiders van de verschillende VM2-locaties aan tafel gezeten met het College van Bestuur en de projectleider Taal & Rekenen). Ook was daar een praktijkvakdocent bij aanwezig. Van daaruit is de Campagne uitgerold.
6. Wat is het effect van jullie aanpak op de taalontwikkeling?
Het is nog spannend of we volgend jaar het 2F taal niveau met onze leerlingen gaan halen. We kunnen nog niet achterover leunen, blijkt wel uit de resultaten van de CITO-VS metingen. Daarom zijn we dit jaar ook SCORE gaan gebruiken. Dit is een digitale methode om te werken aan het inslijpen van spelling en begrijpend lezen. Bij de methode hoort een heel mooi leerlingvolgsysteem, waardoor we heel specifiek maatwerk kunnen geven aan leerlingen.
7. Waar ben je tevreden over?
Ik ben tevreden over de bewustzijnsverandering ten aanzien van taal. Het besef dat taal niet alleen bij de docenten Nederlands ligt, is echt enorm aangescherpt. In Buitenpost zijn taalrijke leerarrangementen gemaakt met het hele team. Dit is voor mij een belangrijk teken van positieve verandering.
8. Wat kan nog beter?
Om echt een doorlopende leerlijn te hebben moeten we nog steeds afspraken maken met elkaar, in elk geval ten aanzien van begrijpend lezen en de uitbreiding van woordenschat. Die basis is toch het vliegwiel voor taalontwikkeling van leerlingen. Tijdens de laatste bijeenkomst van de voortrekkers taal hebben we afgesproken dat de docenten Nederlands hun visie en richtlijnen op deze twee punten naar de projectleider taal & rekenen sturen. De projectleider maakt daar één document van over hoe we binnen het Nordwin College werken aan leesvaardigheid en uitbreiding van de woordenschat. Daarnaast is er een klassenplan voor differentiatie op het gebied van taal en rekenen gemaakt. Wanneer we de afspraken en dit communicatiemiddel goed weg kunnen zetten, hebben we een slag gemaakt. Dit is een belangrijke hobbel, die maar lastig te nemen is.
9. Wat zijn de succesfactoren bij professionalisering van een docententeam?
Dat je door het aanbrengen van ‘know-how’ een verandering in houding ten opzichte van taal creëert binnen de school. Dat is echt een succesfactor voor ons geweest.
10. Heb je een gouden tip voor andere scholen?
Een gouden tip, achteraf, is dat je vanaf het eerste moment het management achter je hebt staan. Niet alleen de teamleiders, maar ook de directeuren. Als zij niet overtuigd zijn van het belang van de training en niet helpen sturen op resultaat, blijft het leersucces klein. Dus communiceren waarom je wat doet, op alle niveaus – richting leerlingen, richting docenten, maar dus ook richting je locatiemanagement is cruciaal.